Als u niet zo goed thuis bent in het instellen van uw computernetwerk en als u op zoek bent naar een manier om dat te doen bestanden overzetten tussen computers die redelijk snel is, probeer dan een directe kabelverbinding tussen hen. Het enige dat u nodig hebt is een Ethernet-kabel die op beide computers is aangesloten en u bent vrijwel klaar. Hier is hoe het te doen.
Dit proces is handig wanneer u migreert naar een nieuwe machine, of dit nu een pc of een Mac is. De overdrachtssnelheid is aanzienlijk sneller dan via een wifi-netwerk, maar het is ook snel in te stellen als je weet wat je doet. Beide computers moeten zijn ingeschakeld. De ene wordt ingesteld als een server en de andere computer moet er verbinding mee maken. U hoeft niet veel te doen om de computer in te stellen die verbinding maakt met uw ‘server’. Het gegrom van het werk moet op uw hoofdmachine worden gedaan.
Om te beginnen moet de server zijn bestanden kunnen delen. Als dit niet is ingeschakeld, kan uw andere computer er verbinding mee maken, maar heeft deze geen toegang. Dit kunt u het beste doen door een specifiek gebruikersaccount aan te maken dat volledige rechten heeft, maar dat met een wachtwoord is beveiligd. Om een nieuw gebruikersaccount aan te maken, selecteert u het paneel ‘Gebruikersaccount’ in het Configuratiescherm. Maak het vervolgens aan en wijs een wachtwoord toe.
Vervolgens moet u de mappen delen die u wilt overbrengen. Het is het beste om algemene toegang tot alles toe te staan, maar Windows beschermt nog steeds enkele belangrijke bestanden, zoals uw gebruikersmap. Je moet het handmatig delen. Als u een map of station wilt delen, selecteert u de optie 'Delen' in het menu 'Eigenschappen' dat wordt geopend door met de rechtermuisknop te klikken. Klik vervolgens op Geavanceerd delen en selecteer gebruikers uit de te doorzoeken gegevens. Nadat u gebruikers heeft geselecteerd, wordt een ander venster geopend. U moet op ‘Nu zoeken’ klikken. Alle gebruikers die op uw computer zijn geregistreerd, worden weergegeven. Nadat u het juiste account hebt geselecteerd en de juiste rechten hebt gegeven, klikt u op 'Toepassen' en sluit u de vensters.
Vervolgens kunt u vrij eenvoudig verbinding maken met uw servercomputer via het pad dat u hebt ingesteld. Deze paden hebben de volgende indeling in Windows Explorer op een pc: // computernaam / C als u de hele C: \ schijf hebt gedeeld. U kunt uw computernaam vinden in de ‘Systeem’ informatie als u deze niet kent.
Voor Mac-computers moet u ‘Connect to Server’ selecteren in het ‘Go’ -menu van Finder. Voer vervolgens de computernaam in. Zodra dit is gebeurd, wordt u gevraagd om een gebruikersnaam en wachtwoord in te voeren. Gebruik die van het account dat u voor deze taak hebt gemaakt.