Veel oude gebouwen hebben onverwachte eigenaardigheden en compartimenten, maar in Elizabethaans Engeland ontstond een specifieke architecturale trend met een zeer specifiek doel. Wil je meer weten over deze eigenaardigheden en de man die een meester was in het bouwen ervan? We onderzoeken het priesterhol.
Priesterholten zijn kleine, verborgen compartimenten bedoeld om jezuïetenpriesters een plek te bieden om zich te verbergen tijdens de vele religieuze invallen van de dag.
Toen de sterk protestantse koningin Elizabeth in 1558 haar regering van Engeland begon, voerde ze een nieuwe reeks wetten in om haar geloof te bevorderen, te beginnen met het verbieden van het katholicisme. Met haar katholieke neef - Mary, Queen of Scots - opgesloten, vond Elizabeth het doelwit van verschillende moordaanslagen door katholieken die hoopten Mary op de troon te herstellen. Elizabeth nam wraak met een harde aanpak tegen alle katholieken, waardoor ze een eed van suprematie moesten afleggen of als verraders moesten worden behandeld. Ze begon ook invallen te doen in de huizen van katholieke priesters die niet alleen hun religie bleven beoefenen, maar in het geheim door het land reisden om het katholieke geloof te promoten. Als hij gevangen wordt, wordt een praktiserende priester gearresteerd, gemarteld en waarschijnlijk geëxecuteerd.
Naarmate priesterholten gebruikelijker werden, begonnen zoekers specifiek naar deze kleine schuilplaatsen te zoeken. Betreed Nicolas Owen, een jezuïet - een vrome sekte in de katholieke kerk - met een talent voor het bouwen van bijzonder niet-vindbare priesterholten. Hij legde ze in schoorstenen, achter muren, onder vloerdelen en zelfs in badkamers. Hij zou deze schuilplaatsen ook verbinden met een reeks passages waardoor de priester in veiligheid kon ontsnappen. Omdat hij de details en locaties van al zijn priestergaten zo zorgvuldig bewaakte, vermoeden sommigen zelfs dat er nog meer te ontdekken zijn in deze Tudor-huizen.
Sinds de dagen van katholieke vervolging hebben veel van deze kleine ruimtes nieuw gebruik gevonden als schuilplaats voor andere dingen zoals sieraden en andere waardevolle spullen. En tegenwoordig worden ze vaker gebruikt als toeristische attractie.